Ruim baan voor grondstofvaluta’s

De prijzen van grondstoffen zoals olie en ijzererts zijn de afgelopen maanden stevig opgelopen. Dat geldt echter niet voor de valuta’s van landen die deze grondstoffen exporteren. Staan de Russische roebel en de Braziliaanse real aan de vooravond van een flinke inhaalslag? Joost Derks gaat er in zijn column verder op in.

Zodra de lockdown voorbij is, krijgen we de kans om maanden van thuiszitten in te halen met uitgaan, feesten en vakantie. Op de aandelenmarkten is het feestje zelfs al begonnen. In Nederland is de AEX bijvoorbeeld sinds eind oktober met ruim 27% gestegen. Daarmee is Nederland bepaald geen uitzondering, want in heel veel landen zijn de beursgraadmeters met 20% of meer omhoog geschoten.

Beleggers hebben zo een flink voorschot genomen op de enorme boost die de economie krijgt zodra het virus onder controle komt. Dat geldt echter niet voor de valutawereld. Daar worden de koersen worden vooral gedreven door handelsstromen en rentestanden. Dat neemt niet weg dat er wel degelijk kansen zijn voor munten als de economische groei straks opschakelt.

Opbloeiende economie

Een opbloeiende economie heeft meer grondstoffen nodig. Het ligt dan ook voor de hand dat grondstofprijzen in de loop van het jaar verder gaan stijgen. Sommige grondstofvaluta’s zijn zelfs al aan een opmars begonnen. Australië heeft als ’s werelds grootste leverancier van ijzererts de koers van zijn munt sinds eind maart al met ruim 25% zien stijgen ten opzichte van de Amerikaanse dollar.

De Nieuw-Zeelandse dollar wordt meegezogen in de rally. Hoewel het land geen metalen of andere grondstoffen opgraaft, is de uitvoer van zuivel en (schapen)vlees een belangrijke inkomstenbron. De stijging van de dollaridoo en de kiwi wordt overigens slechts voor een beperkt deel veroorzaakt door een groeiende grondstofvraag. Minstens zo belangrijk is dat de economie van beide landen veel minder zwaar geraakt wordt door de Covid-19-pandemie dan de Amerikaanse.

Rente omlaag

Andere grondstofleveranciers hebben dat geluk niet. Ondanks stijgende prijzen van ijzererts, olie en meer grondstoffen zijn bijvoorbeeld de Russische roebel en Braziliaanse real de afgelopen maanden met ruim 5% gedaald ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Dat komt vooral omdat andere zaken de aandacht opeisen bij het prijsverloop van deze munten. Beide landen zijn bijvoorbeeld relatief zwaar geraakt door de Covid-19-pandemie.

Brazilië heeft een enorm pakket maatregelen ontvouwen om de economie op de rails te houden, terwijl de centrale bank de rente verlaagde tot het laagste niveau ooit: 2%. Rusland werd vorig jaar geraakt door de felle daling van de olieprijs. Onder normale omstandigheden had de Russische centrale bank de rente flink opgeschroefd om de roebel overeind te houden. In 2015 ging de rente bijvoorbeeld binnen enkele maanden van 5,5% naar 15%. Maar dat was door de Covid-19-ellende nu geen optie. De huidige rente van 4,25% ligt nauwelijks hoger dan de inflatie.

Inhaalslag voor roebel en real

Toch is er soms maar weinig nodig om de munt van een grondstofland omhoog te stuwen. Daarvan is de Zuid-Afrikaanse rand een mooi voorbeeld. Deze munt schoot het afgelopen halfjaar met ruim 20% omhoog. Dat is niet alleen te danken aan de grote export van goud en andere grondstoffen, maar vooral ook aan het vooruitzicht dat het land volgende week woensdag 24 februari een sluitende begroting presenteert.

Als de economie straks aantrekt en grondstofprijzen verder oplopen, krijgen Rusland en Brazilië ook meer ruimte om fiscaal orde op zaken te stellen. Zodra ijzererts, koper en andere industriële grondstoffen in navolging van de aandelenmarkt opveren door het economisch herstel, kunnen de roebel en real mogelijk een mooie inhaalslag maken.

Joost Derks is valutaspecialist bij iBanFirst. Hij heeft ruim twintig jaar ervaring in de valutawereld. Deze column geeft zijn persoonlijke mening weer en is niet bedoeld als professioneel (beleggings)advies.

Meer weten? Neem contact op.

Gepubliceerd op 19/02/2021